Begin april is er gewerkt aan molen De Traanroeier. Op het buitenterrein van Museum Kaap Skil stonden een verreiker en een hoogwerker, zodat de molenmakers helemaal tot aan het wiekenkruis konden komen. Er zijn verschillende werkzaamheden uitgevoerd, waaronder het doorhalen van de roeden, het repareren van kapotte kleppen op de wieken en het controleren van de staartbalk. Het was bij elkaar een flinke, maar noodzakelijke klus.
Op de wieken van een molen komen enorme krachten te staan. Zeker als het flink waait. Het is daarom van levensbelang dat het wiekenkruis stevig is. Dit moet periodiek gecontroleerd worden door de roeden door te halen, iets wat alleen door een molenmaker kan worden gedaan. Het doorhalen van de roeden moet elke tien jaar gebeuren. Bij molen De Traanroeier gebeurt het vaker, omdat de molen op het terrein van het museum staat en er daardoor altijd veel mensen omheen lopen.
Het punt waar de wieken elkaar kruisen, zit verborgen in de askop. Hier kan, bij een metalen wiekenkruis, roestvorming optreden of kan scheurvorming door metaalmoeheid ontstaan. Dit is dan van buitenaf niet te zien. Het zogenaamde doorhalen van de roeden dient om dergelijke euvels op te sporen. De roeden worden daarbij uit de askop getakeld en geïnspecteerd. De molenmaker was gelukkig tevreden met wat hij zag bij De Traanroeier. Hij heeft de roeden, die bij De Traanroeier van staal zijn, op de plek van het kruis schoongemaakt en opnieuw geverfd. De komende vijf jaar hoeven de roeden niet opnieuw doorgehaald te worden.
De molenmakers zijn heel drukbezet, dus als ze er eenmaal zijn, doen ze meteen meerdere klussen aan de molen. Er waren een paar kleppen op de wieken van De Traanroeier kapot, die zijn vervangen. En omdat de schilder enige tijd geleden had gezegd dat de staartbalk mogelijk verrot was, hebben ze daar ook naar gekeken. Dit bleek gelukkig niet het geval. De vrijwillige molenaars kunnen De Traanroeier de komende jaren weer veilig laten draaien!